Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Zittingsplaats:
Instantie:

Inhoudsindicatie:

WWZ. Geen dringende reden voor werknemer, maar ook geen overtreding van geheimhoudingsbeding of onrechtmatige daad door werknemer. Geen sprake van onrechtmatige daad door werkgever door beslaglegging op bezittingen werknemer vanwege handelwijze werknemer.

Uitspraak



RECHTBANK ROTTERDAM

zaaknummer: 5655082 VZ VERZ 17-836

uitspraak: 7 april 2017

beschikking van de kantonrechter, zitting houdende te Rotterdam,

in de zaak van

de besloten vennootschap met beperkte aansprakelijkheid,

SB Projects B.V.,

statutair gevestigd te Amsterdam,

verzoekster,

verweerster in de zelfstandige verzoeken,

gemachtigde: mr. J.C. Brökling te Spijkenisse,

tegen

[verweerder] ,

wonende te [plaatsnaam],

verweerder,

verzoeker in de zelfstandige verzoeken,

gemachtigde: mr. B.S. Hageman te Den Haag.

Partijen zullen hierna worden aangeduid als “SB Projects” resp. “[verweerder]”.

1 Het verloop van de procedure

1.1

De kantonrechter heeft kennisgenomen van de volgende stukken:

- het verzoekschrift ex art. 7:672 lid 10 BW en art. 7:686a lid 3 BW, ter griffie ontvangen op

17 januari 2017;

- het verweerschrift tevens verzoekschrift tot het instellen van tegenvorderingen, ter griffie ontvangen op 27 februari 2017;

- de bij voornoemde processtukken behorende producties;

- de namens SB Projects op 22 februari 2017 overgelegde aanvullende producties 15 t/m 26.

1.2

De verzoeken zijn op 8 maart 2017 mondeling behandeld. Namens SB Projects is verschenen de heer [B.] (statutair directeur), bijgestaan door de heer mr. Brökling. [verweerder] is in persoon verschenen, bijgestaan door mevrouw mr. Hageman. Partijen hebben hun standpunten nader toegelicht, waarbij de gemachtigden pleitaantekeningen hebben overgelegd.

1.3

De uitspraak van de beschikking is bepaald op heden.

2 De vaststaande feiten

In deze procedure wordt uitgegaan van de volgende feiten.

2.1

[verweerder], geboren op [geboortedatum], is op 7 september 2016 voor bepaalde tijd (t/m 31 maart 2017) bij SB Projects in dienst getreden in de functie van projectmanager.

2.2

In de tussen partijen gesloten arbeidsovereenkomst is in artikel 13 een geheimhoudingsbeding opgenomen op grond waarvan het de werknemer – kort gezegd – is verboden gedurende de dienstbetrekking of na afloop daarvan aan derden mededeling te doen aangaande enige bijzonderheid, het bedrijf van de werkgever of haar relaties betreffende of daamee verband houdende, waarvan hij redelijkerwijze kon begrijpen dat deze niet bestemd is voor kennisneming door derden, waarbij dit in het bijzonder geldt voor concepten, productontwikkeling, vormgeving, vorm en inhoud van nog niet openbaar gemaakt materiaal.

2.3

In artikel 16 van de arbeidsovereenkomst is een nevenwerkzaamhedenbeding opgenomen op grond waarvan het de werknemer tijdens het bestaan van de arbeidsovereenkomst is verboden werkzaamheden voor zichzelf dan wel voor en ten behoeve van derden te verrichten.

2.4

In artikel 17 van de arbeidsovereenkomst is – kort gezegd – bepaald dat een werknemer in geval van schending van onder meer het geheimhoudingsbeding en het nevenwerkzaamhedenbeding (telkens) zonder nadere ingebrekestelling of rechterlijke tussenkomst een onmiddellijk opeisbare boete verbeurt van € 2.000,- en van € 1.000,- per dag of gedeelte daarvan dat de overtreding voortduurt.

2.5

SB Projects heeft [verweerder] ingezet op het project Astrix dat door SB Projects voor en namens Jacobs Nederland B.V. (hierna Jacobs) op een bouwlocatie in Den Haag werd uitgevoerd en op 31 december 2016 afgerond moest zijn.

2.6

Jacobs hanteert een Code of Conduct. De daarin neergelegde voorwaarden zijn van toepassing op SB Projects, haar medewerkers en leveranciers.

2.7

Op 23 november 2016 heeft [verweerder] aan de heer [J.], directeur van SB Projects, per mail een offerte met begeleidende mail doorgestuurd van tapijtleverancier Schuurman Interieur b.v. (hierna: Schuurman) met de vraag hoe daarmee om te gaan in relatie tot de Code of Conduct van Jacobs. In de begeleidende mail van Schuurman is vermeld dat niet alleen de afgesproken fee voor SB in de offerte is opgenomen, maar ook de fee voor een eerder uitgebrachte offerte, dat een en ander met [V.] (werkzaam bij SB Projects) is besproken en dat [V.] Schuurman heeft gevraagd dit zo op te lossen.

2.8

Op 27 november 2016 heeft [verweerder] met zijn zakelijke laptop 1228 documenten en tekeningen met betrekking tot het project Astrix te Den Haag via de online portal van SB Projects gedownload en naar zijn op zijn zakelijke laptop door de IT-dienst van SB Projects geïnstalleerde Dropbox-account verzonden.

2.9

Bij e-mail van 29 november 2016 heeft de heer [J.] op de e-mail van [verweerder] van 23 november 2016 gereageerd en heeft hij [verweerder] – kort gezegd – verzocht om de volgende dag, 30 november 2016, om 9.00 uur op kantoor aanwezig te zijn om de bevindingen van [verweerder] te bespreken.

2.10

Bij brief van 30 november 2016 heeft [verweerder] de arbeidsovereenkomst met SB Projects opgezegd tegen 31 december 2016. Als reden voor de opzegging heeft [verweerder] in zijn brief – kort gezegd – vermeld dat hem is gebleken dat SB Projects samen met haar leveranciers de Code of Conduct van Jacobs schendt en dat hij daaraan niet wil meewerken.

2.11

Op 8 december 2016 heeft [verweerder] met zijn zakelijke laptop 1901 documenten en tekeningen via de online portal van SB Projects gedownload en naar zijn op zijn zakelijke laptop door de IT-dienst van SB Projects geïnstalleerde Dropbox-account verzonden.

2.12

Op vrijdag 9 december 2016 heeft op de bouwlocatie van het project Astrix in Den Haag een bouwvergadering plaatsgevonden, waarbij [verweerder] namens SB Projects aanwezig was en waarvan [verweerder] een verslag heeft gemaakt. Bij brief van dezelfde datum heeft Jacobs de aannemingsovereenkomst met SB Projects ten aanzien van voornoemd project ontbonden. Op dat moment had Jacobs, ondanks diverse betalingsverzoeken, een groot aantal facturen van SB Projects van ruim een miljoen euro onbetaald gelaten.

2.13

Op 10 december 2016 heeft de heer [J.] twee sms-berichten naar [verweerder] verzonden, waarin [J.] [verweerder] – kort gezegd – verbiedt om informatie met Jacobs uit te wisselen en kopieën van bestanden te maken en hem sommeert om zich maandag om 9.00 uur op kantoor te melden voor een gesprek.

2.14

Bij e-mail van zaterdag 10 december 2016 heeft [verweerder] onder meer het volgende aan SB Projects bericht:

“Naar aanleiding van het bericht van Jacobs, beeindiging werkzaamheden en contracten, en ontzeggen van mijn bevoegdheden, ga ik ervan uit dat ik met in gang van heden niet meer wordt verwacht te werken. Wat mij betreft kunnen we de arbeidsovereenkomst per aanstaande maandag met wederzijds goedvinden beëindigen. Gegeven de huidige situatie en mijn eerdere opzegging veronderstel ik dat jullie daarmee akkoord zijn en verwacht ik alleen nog een bevestiging van deze beeindiging met een enkel woord en een eindafrekening. Ik zal zorgen dat maandag mijn laptop en telefoon bezorgd worden. Verdere afspraken lijken mij overbodig.”

2.15

Bij e-mail van zondag 11 december 2016 is namens SB Projects onder meer het volgende aan [verweerder] bericht:

“Je arbeidsovereenkomst eindigt pas op 31 december as. Voor de afwikkeling van het traject hebben wij je ook in dit stadium hard nodig. Ik verzoek je dan ook op maandag 12 december as te 900 uur op de zaak in Barendrecht te zijn, zodat wij eea kunnen doornemen en jij de bouw verslagen kan maken.”

2.16

In reactie op voornoemde e-mail van 11 december 2016 heeft [verweerder] op 11 december 2016 onder meer het volgende aan SB Projects bericht:

“Ik heb geprobeerd in de e-mail van afgelopen zaterdag een minnelijke oplossing te presenteren, maar die wijst SB Projects van de hand. U roept mij namelijk op mijn werkzaamheden te verrichten alsof er niets zou zijn gebeurd. Ik kan dan thans niet anders dan hierbij mijn arbeidsovereenkomst per direct te beeindigen. Zoals eerder toegelicht is mijn integriteit in het geding gekomen. Mede door de ontwikkelingen van de afgelopen dagen is dit nog duidelijker geworden en kan ik niet langer werkzaam zijn bij SB Projects. De wijze waarop u de bedrijfsvoering voert is voor mij niet verenigbaar met eerlijk handelen en brengt mijn goede naam ernstig in gevaar. Dit alles tezamen is voor mij een dringende reden om per direct op te zeggen. Vanaf heden ben ik niet meer in dienst bij SB Projects. Ik zal u per ommegaande uw bedrijfseigendommen retour sturen.”

2.17

Op maandag 12 december 2016 is [verweerder] via een derde als projectmanager voor Jacobs werkzaamheden gaan verrichten en heeft [verweerder] het project Astrix te Den Haag afgemaakt. [verweerder] heeft alle betrokkenen per mail van 12 december 2016 geïnformeerd over het feit dat hij als projectmanager zou doorgaan op project Astrix voor Jacobs.

2.18

Op 14 december 2016 heeft Mira Recherche & Adviesbureau [verweerder] in opdracht van SB Projects geobserveerd op de bouwplaats van het project Astrix in Den Haag.

2.19

Bij brief van 21 december 2016 heeft de gemachtigde van SB Projects [verweerder] gesommeerd zijn werkzaamheden voor Jacobs met onmiddellijke ingang te staken en om binnen drie dagen een voorschot van € 150.000,- te betalen wegens schending van het geheimhoudingsbeding, verbeurde boetes en onrechtmatig handelen.

2.20

Op 22 december 2016 is namens SB Projects bij de politie aangifte tegen [verweerder] gedaan van schending van bedrijfsgeheimen en/of heling computergegevens en/of computervredebreuk en/of diefstal en/of verduistering.

2.21

Eind december 2016 is SB Projects bij de Raad van Arbitrage voor de Bouw een arbitragezaak tegen Jacobs gestart.

2.22

Begin 2017 heeft SB Projects conservatoir derdenbeslag laten leggen op – kort gezegd – het inkomen, de bankrekeningen en de woning van [verweerder].

2.23

Bij vonnis in kort geding van 8 februari 2017 heeft de voorzieningenrechter te Rotterdam de vordering van [verweerder] tot – kort gezegd – de veroordeling van SB Projects om de door haar gelegde conservatoire derdenbeslagen op te heffen afgewezen.

3 Het verzoek

3.1

SB Projects verzoekt, uitvoerbaar bij voorraad:

I. [verweerder] te veroordelen om aan haar te betalen een bedrag van € 3.369,60 aan gefixeerde schadevergoeding, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 december 2016 tot aan de dag der algehele voldoening;

II. [verweerder] te veroordelen om aan haar te betalen een bedrag van € 150.000,- (als voorschot op) door [verweerder] verbeurde boetes, vermeerderd met de wettelijke rente vanaf 11 december 2016, subsidiair vanaf het moment van het indienen van dit verzoek, tot aan de dag der algehele voldoening;

III. te verklaren voor recht dat [verweerder] onrechtmatig jegens haar heeft gehandeld door – al dan niet door combinatie van een of meer van onderstaande omstandigheden – de arbeidsovereenkomst te beëindigen zonder de juiste opzegtermijn in acht te nemen en/of per direct werkzaamheden te gaan verrichten voor Jacobs en/of door het downloaden van de 1901 bestanden van SB Projects en/of deze zonder toestemming aan Jacobs ter beschikking te stellen en/of onder deze omstandigheden mee te werken aan de onrechtmatige opzegging van de overeenkomst door Jacobs dan wel die op deze wijze te faciliteren en haar (on)juiste informatie te verstrekken;

IV. te verklaren voor recht dat [verweerder] aansprakelijk is voor de schade die zij lijdt en heeft geleden ten gevolge van voornoemd onrechtmatig handelen en te bepalen dat [verweerder] deze schade aan haar dient te vergoeden voor zover deze meer zal zijn dan het bedrag dat aan verbeurde boetes wordt vastgesteld en op te maken bij staat en te vereffenen volgens de wet;

V. [verweerder] te veroordelen om aan haar te betalen het bedrag van € 9.323,02 als vergoeding voor de gemaakte kosten van juridische bijstand buiten rechte, kosten voor het opstellen van het IT Rapport en het Rechercherapport van Mira;

VI. [verweerder] te veroordelen in de kosten van de procedure, waaronder begrepen de kosten van beslaglegging en de nakosten van deze procedure waaronder te verstaan het nasalaris van de gemachtigde van SB Projects te begroten op € 131,- zonder betekening of op € 199,- met betekening.

3.2

Aan het verzoek heeft SB Projects in aanvulling op de onder 2 genoemde feiten – zakelijk en samengevat weergegeven – het volgende ten grondslag gelegd.

• Gefixeerde schadevergoeding

Er is geen sprake van een dringende reden. De verwijten die [verweerder] SB Projects maakt ten aanzien van fee-afspraken met onderaannemers waardoor Jacobs zou worden benadeeld, zijn niet juist. Bij regelmatige opzegging, met inachtneming van de opzegtermijn, had de arbeidsovereenkomst tot en met 31 december 2016 voortgeduurd. De schadevergoeding is gelijk aan het salaris over de periode van 11 december 2016 t/m 31 december 2016, te weten € 3.369,60 bruto. [verweerder] is over dat bedrag tevens de wettelijke rente verschuldigde vanaf 11 december 2016.

• Overtreding geheimhoudingsbeding en voorschot verbeurde boetes

Door op 27 november 2016 en 8 december 2016 een grote hoeveelheid bestanden van het project Astrix van de online portal van SB Projects te downloaden naar zijn Dropbox-account heeft [verweerder] bedrijfseigendommen van SB Projects en informatie over een lopend project verduisterd. Bovendien heeft [verweerder] valse informatie over een prijsafspraak aan Jacobs toegestuurd. Daarnaast was sprake van een vooropgezet plan, omdat Jacobs na het downloaden van de bestanden door [verweerder] de aannemingsovereenkomst heeft ontbonden en [verweerder] rechtstreeks bij Jacobs in dienst is getreden. Jacobs beschikte niet zelf over de gedownloade bestanden en had al langer geen toegang meer tot het online portal van SB Projects. Door overtreding van het geheimhoudingsbeding heeft [verweerder] op grond van artikel 17 van de arbeidsovereenkomst inmiddels een boete verbeurd van € 3.802.000,-.

Op die verbeurde boete wordt een voorschot van € 150.000,- verzocht vermeerderd met de wettelijke rente, waarbij SB Projects zich het recht voorbehoudt het meerdere eveneens te vorderen.

• Onrechtmatig handelen [verweerder]/onrechtmatige werknemersconcurrentie/schade

[verweerder] heeft onrechtmatig gehandeld door de arbeidsovereenkomst op onregelmatige wijze te beëindigen, door direct na zijn ontslagname werkzaamheden te gaan verrichten voor Jacobs, door opzettelijk onjuiste informatie over vermeende fee-afspraken tussen SB Projects en leveranciers aan Jacobs door te spelen en door vlak voor zijn ontslagname documenten over het project Astrix van de online portal van SB Projects te downloaden. In dat kader is ook een arbitragezaak tegen Jacobs opgestart waarvan de uitkomst nog onbekend is. Om die reden wordt in deze procedure een verklaring voor recht verzocht dat [verweerder] onrechtmatig heeft gehandeld en (mede)aansprakelijk is voor de daardoor ontstane en nog te ontstane schade op te maken bij staat, vermeerderd met de wettelijke rente.

• Kosten juridische bijstand, IT rapport, rapport recherchebureau

[verweerder] is door zijn onrechtmatige handelen tevens aansprakelijk voor de kosten rechtsbijstand, de kosten voor het opstellen van het IT rapport en de kosten voor het rechercherapport.

• Proceskosten

Tot slot maakt SB Projects aanspraak op een proceskostenveroordeling van [verweerder].

4 Het verweer en de zelfstandige verzoeken

4.1

Het verweer van [verweerder] strekt tot integrale afwijzing van het verzoek van SB Projects, met veroordeling van SB Projects in de kosten van deze procedure. Daartoe heeft [verweerder] – zakelijk en samengevat weergegeven – het volgende aangevoerd.

• Gefixeerde schadevergoeding

De arbeidsovereenkomst is rechtgeldig en met een dringende reden zoals bedoeld in artikel 7:679 lid 2 sub i BW be ëindigd. Door het “opplussen” van facturen van leveranciers met een fee ten behoeve van SB Projects en ten koste van opdrachtgever Jacobs, de weigering van SB Projects om daar iets aan te doen, de verwachting van SB Projects dat [verweerder] bouwverslagen achteraf zou opstellen en de ontwikkelingen vanaf 9 december 2016 had [verweerder] geen andere keuze dan op 11 december 2016 ontslag op staande voet te nemen.

• Overtreding geheimhoudingsbeding en voorschot verbeurde boetes

Het geheimhoudingsbeding is niet overtreden. Van heimelijk downloaden van documenten naar een privé Dropbox-account was geen sprake. [verweerder] downloadde veelvuldig documenten van dergelijk grote omvang, omdat op de bouwplaats geen internetverbinding was en [verweerder] nauwelijks op kantoor kwam. Deze documenten zijn door [verweerder] aan niemand ter beschikking gesteld en alleen gebruikt voor de uitoefening van zijn werkzaamheden. Bovendien zijn de gedownloade documenten geen eigendom van SB Projects maar van Jacobs en bevatten zij geen bedrijfsgeheimen. [verweerder] heeft alle gedownloade documenten uit de Dropbox verwijderd en hij heeft zijn zakelijke laptop op 12 december 2016 bij SB Projects ingeleverd.

• Onrechtmatig handelen [verweerder]/onrechtmatige werknemersconcurrentie/schade

Van onrechtmatig handelen door [verweerder] is geen sprake. De arbeidsovereenkomst bevat geen concurrentiebeding dat in de weg staat aan het afmaken van project Astrix door [verweerder] in dienst van Jacobs. [verweerder] heeft zich daarbij gehouden aan het geheimhoudingsbeding. Daarnaast is [verweerder] niet verantwoordelijk voor de contractsbeëindiging door Jacobs. Jacobs heeft het contract beëindigd, omdat Jacobs niet tevreden was over de kwaliteit van de werkzaamheden van SB Projects. [verweerder] is ook geen partij bij de bouwarbitrage die SB Projects tegen Jacobs is gestart.

• Kosten juridische bijstand, IT rapport, rapport recherchebureau

De verschuldigdheid van deze kosten wordt door [verweerder] betwist.

• Proceskosten

Tot slot maakt [verweerder] aanspraak op een proceskostenveroordeling van SB Projects.

De zelfstandige verzoeken

4.3

[verweerder] verzoekt, uitvoerbaar bij voorraad:

i. SB Projects te veroordelen om binnen twee dagen na dagtekening van de beschikking aan [verweerder] tegen kwijting te betalen zijn (gedeeltelijke) salaris van € 1.839,48 bruto voor de maand december 2016, te vermeerderen met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening;

ii. SB Projects te veroordelen om binnen twee dagen na dagtekening van de beschikking aan [verweerder] tegen kwijting te betalen het saldo van de eindafrekening van € 2.304,82 bruto, te vermeerderen met de wettelijke verhoging en de wettelijke rente tot aan de dag der algehele voldoening;

iii. SB Projects te veroordelen om binnen twee dagen na dagtekening van de beschikking aan [verweerder] een afschrift van de specificatie van de eindafrekening te verstrekken;

iv. te verklaren voor recht dat SB Projects een onrechtmatige daad jegens [verweerder] heeft gepleegd en dat SB Projects aansprakelijk is voor de schade die [verweerder] hierdoor heeft geleden en lijdt;

v. SB Projects te veroordelen om binnen twee dagen na dagtekening van de beschikking aan [verweerder] een schadebedrag te betalen van € 25.767,46, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag;

vi. SB Projects te veroordelen om binnen twee dagen na dagtekening van de beschikking de aangifte bij de politie tegen [verweerder] zoals gedaan door SB Projects op 22 december 2016 in te trekken;

vii. SB Projects te veroordelen om binnen twee dagen na dagtekening van de beschikking het conservatoir beslag zoals gelegd door SB Projects op 22 februari 2017 op de woning van [verweerder] op te heffen;

viii. zulks op straffe van een dwangsom van € 5.000,-, althans een door de kantonrechter in goede justitie te bepalen bedrag, per dag dat SB Projects na betekening van de beschikking geheel of gedeeltelijk in gebreke mocht blijven aan de veroordeling te voldoen;

ix. SB Projects te veroordelen in de kosten van het geding, alsmede in de gebruikelijke nakosten (zowel zonder als met betekening), te vermeerderen met de wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW van af veertien dagen na de datum van de beschikking.

4.4

Aan zijn verzoek heeft [verweerder] – zakelijk en samengevat weergegeven – het volgende ten grondslag gelegd.

• Achterstallig salaris en eindafrekening

SB Projects heeft het salaris over de maand december 2016 van € 1.839,48 bruto en het saldo van de eindafrekening van € 2.304,82 bruto niet betaald. Om die reden is SB Projects naast voornoemd bedragen tevens de maximale wettelijke verhoging en de wettelijke rente daarover verschuldigd.

• Onrechtmatig handelen SB Projects/schadevergoeding

SB Projects heeft uitermate onzorgvuldig gehandeld door [verweerder] te beschuldigen van het downloaden en vervreemden van documenten en hem te confronteren met een torenhoog schadebedrag van € 3.800.000,- met geen ander doel dan hem het leven zuur te maken. De door SB Projects gelegde conservatoire derdenbeslagen leggen het leven van [verweerder] volledig lam. Vanwege de harde opstelling van SB Projects heeft [verweerder] forse juridische kosten moeten maken en leidt hij immateriële schade en reputatieschade. Voor deze kosten en schade is SB Projects door haar onrechtmatig handelen aansprakelijk.

• Proceskosten

Tot slot maakt [verweerder] aanspraak op een proceskostenveroordeling van SB Projects.

4.5

Het verweer van SB Projects zal – voor zover van belang voor de beoordeling – hierna worden besproken.

5 De beoordeling

a) Dringende reden; gefixeerde schadevergoeding

5.1

Op grond van artikel 7:677 lid 1 BW is iedere partij bevoegd de arbeidsovereenkomst op te zeggen om een dringende reden, onder onverwijlde mededeling van die reden aan de wederpartij. Dringende redenen voor de werknemer zijn volgens artikel 7:679 lid 1 BW zodanige omstandigheden dat van de werknemer redelijkerwijze niet kan worden gevergd de arbeidsovereenkomst te laten voortduren. Volgens lid 2 van datzelfde wetsartikel kan van een dringende reden sprake zijn wanneer de voortduring van de arbeidsovereenkomst voor de werknemer zou zijn verbonden met ernstige gevaren voor onder meer zijn goede naam, die niet duidelijk waren ten tijde van het sluiten van de arbeidsovereenkomst. Van dergelijke ernstige gevaren voor de goede naam van [verweerder] in de bouwwereld is in dit geschil echter geen sprake. Bij dat oordeel zijn de volgende feiten en omstandigheden betrokken.

5.2

Uit de processtukken en hetgeen tijdens de mondeling behandeling is besproken, blijkt dat de reden voor de onmiddellijke opzegging door [verweerder] is gelegen in het feit dat hij zich niet prettig voelde bij de gang van zaken met betrekking tot de offerte van Schuurmans die volgens [verweerder] op verzoek van SB Projects was verhoogd met een fee voor SB Projects ten koste van Jacobs en dat SB Projects hem voor deze gang van zaken geen bevredigende uitleg kon geven. SB Projects heeft deze door [verweerder] gestelde gang van zaken weersproken. Hoewel volgens [verweerder] dus sprake was van financiële malversaties bij SB Projects en hij zichzelf als een klokkenluider beschouwt, heeft [verweerder] er niet voor gekozen om op 30 november 2016 al ontslag te nemen. Blijkbaar verhinderden voornoemde omstandigheden [verweerder] op dat moment niet om de arbeidsovereenkomst tot 1 januari 2017 met SB Projects voort te zetten.

5.3

Uiteindelijk heeft [verweerder] op 11 december 2016 besloten om zijn dienstverband bij SB Projects met onmiddellijke ingang te beëindigen. Deze beslissing komt nadat op vrijdag

9 december 2016 een bouwvergadering heeft plaatsgevonden waarbij alleen [verweerder] namens SB Projects aanwezig was en de daarna gevolgde e-mail-/sms-correspondentie op zaterdag 10 en zondag 11 december 2016 tussen [verweerder] en de heer [J.], zoals genoemd in 2.13 t/m 2.16. Uit deze correspondentie blijkt duidelijk dat de heer [J.] [verweerder] verzoekt om op maandag 12 december 2016 op kantoor te komen om een en ander te bespreken en om de bouwverslagen te maken. Dat verzoek is niet onbegrijpelijk, aangezien [verweerder] als enige namens SB Projects op de bouwvergadering aanwezig was en Jacobs diezelfde dag de aannemingsovereenkomst met SB Projects heeft ontbonden. In plaats van op maandag

12 december 2016 naar kantoor te komen, heeft [verweerder] op 11 december 2016 echter zijn arbeidsovereenkomst met SB Projects met onmiddellijke ingang opgezegd en is hij op maandag 12 december 2016 voor Jacobs gaan werken al dan niet onder dienstverband. Deze handelwijze was op dat moment echter voorbarig en is ook onbegrijpelijk. [verweerder] had immers op zijn minst het gesprek met SB Projects over de bouwvergadering van 9 december 2016 moeten afwachten voordat hij zijn conlusies trok, vooral omdat hij ten tijde van die bouwvergadering nog bij SB Projects in dienst was en alleen de belangen van SB Projects geacht werd te dienen. De e-mailwisseling met de heer [J.] op 10 en 11 december 2016 geeft objectief gezien ook geen enkele aanleiding om de arbeidsovereenkomst met onmiddellijke ingang te beëindigen. Dat [verweerder] achteraf bouwverslagen zou moeten maken en/of vervalsen kan, anders dan [verweerder] meent, uit de in 2.15 genoemde e-mail van de heer [J.] niet worden afgeleid. Ook van een ernstig gevaar voor de goede naam van [verweerder] bij voortzetting van de arbeidsovereenkomst is niet gebleken. De conclusie van [verweerder] dat hij op 11 december 2016 geen andere keuze had dan ontslag op staande voet te nemen, is dan ook niet juist. [verweerder] had immers nog een andere, logischere, keuze, namelijk de keuze om met SB Projects het gesprek aan te gaan waartoe hij ook was uitgenodigd. Dat hij daarvoor – achteraf gezien ten onrechte – niet voor heeft gekozen, komt voor zijn rekening en risico. Gelet op de bovengenoemde feiten en omstandigheden was er op 11 december 2016 geen sprake van een dringende reden voor [verweerder] om de arbeidsovereenkomst met SB Projects onmiddellijk te beëindigen.

5.4

Een en ander leidt tot de conclusie dat [verweerder] zijn arbeidsovereenkomst met SB Projects onregelmatig heeft opgezegd – zonder inachtneming van de opzegtermijn – en dat [verweerder] daardoor jegens SB Projects schadeplichtig is. De hoogte van de schadevergoeding is gefixeerd op het loon over de periode van 11 december 2016 tot en met 31 december 2016. Het over die periode door SB Projects berekende bedrag van

€ 3.369,60 bruto is niet inhoudelijk door [verweerder] weersproken en komt niet onjuist voor, zodat voornoemd bedrag aan schade in beginsel toewijsbaar is, voor zover hierna niet anders blijkt.

b) Geen overtreding geheimhoudingsbeding door [verweerder]

5.5

Hoewel [verweerder] op meerdere momenten met zijn zakelijke laptop een grote hoeveelheid documenten over het project Astrix heeft gedownload van de online portal van SB Projects, blijkt uit de inhoud van deze documenten dat deze documenten voor een groot deel van opdrachtgever Jacobs afkomstig zijn dan wel in ieder geval betrekking hebben op het project van Jacobs, en geen bedrijfsgeheimen van SB Projects bevatten. Jacobs beschikte derhalve reeds over de in deze documenten vervatte projectinformatie. De in dat kader door [verweerder] als productie 14 bij zijn verweerschrift gespecificeerde overzichten van de door hem gedownloade documenten met de inhoud en de herkomst daarvan zijn niet door SB Projects betwist. Daaruit volgt dat ook al zou [verweerder] deze documenten hebben gebruikt om project Astrix in dienst van Jacobs af te ronden, hetgeen [verweerder] uitdrukkelijk betwist, hij daardoor het geheimhoudingsbeding niet zou hebben overtreden.

5.6

Ook met het doorsturen van de in 2.7 genoemde offerte van Schuurman aan Jacobs, hetgeen [verweerder] niet heeft weersproken, heeft [verweerder] het geheimhoudingsbeding niet overtreden. Zoals SB Projects in haar verzoekschrift heeft gesteld, heeft [verweerder] alleen de offerte van Schuurmans aan Jacobs doorgestuurd en niet ook de begeleidende mail waarin over de fee voor SB Projects wordt gesproken. Tijdens de mondelinge behandeling is door [verweerder] onweersproken gesteld dat op de offerte niet zichtbaar is dat het offertebedrag is verhoogd. Bovendien gaat het om een offerte waarop geen bedrijfsgevoelige informatie van SB Projects is vermeld en die uiteindelijk ook door Jacobs als opdrachtgever betaald zou moeten gaan worden.

5.7

Hoewel SB Projects zeer stellig is, kan uit het downloaden van de documenten door [verweerder], de ontbinding van de aannemingsovereenkomst door Jacobs en de door [verweerder] voor Jacobs verrichte werkzaamheden niet worden geconcludeerd dat tussen [verweerder] en Jacobs sprake was van een vooropgezet plan. De stellingen van SB Projects en de overgelegde processtukken geven daartoe geen aanleiding en SB Projects heeft voor haar stelling op dit punt ook geen begin van bewijs overgelegd. Nu SB Projects haar stelling met niet meer dan haar eigen aannames heeft onderbouwd, wordt aan een bewijsopdracht op dit punt niet toegekomen.

5.8

Aangezien geen sprake is van overtreding van het geheimhoudingsbeding zijn er door [verweerder] in dat kader ook geen boetes verbeurd en is het door SB Projects gevorderde voorschot van € 150.000,- niet toewijsbaar.

c) Geen onrechtmatig handelen [verweerder]

5.9

De stellingen en aannames van SB Projects en de door haar overgelegde stukken kunnen de conclusie dat sprake is van onrechtmatig handelen van [verweerder] niet dragen. Het daarvoor vereiste causaal verband tussen het handelen van [verweerder] en de ontbinding van de aannemingsovereenkomst door Jacobs ontbreekt. SD Projects heeft geen begin van bewijs overlegd waaruit zou moeten blijken dat [verweerder] de bewuste documenten aan Jacobs heeft verstrekt en dat hij met Jacobs afspraken heeft gemaakt op grond waarvan Jacobs de aannemingsovereenkomst met SD Projects heeft beëindigd. De door [verweerder] gedownloade documenten zijn bovendien afkomstig van of uiteindelijk bestemd voor Jacobs, zodat Jacobs voor het afronden van project Astrix zelf al over deze documenten beschikte. Daarnaast blijkt uit de stukken van SB Projects en uit hetgeen namens SB Projects tijdens de mondelinge behandeling is verklaard dat er al langer problemen tussen SB Projects en Jacobs waren over project Astrix en onbetaalde facturen. Het is dan ook niet uitgesloten dat Jacobs de aannemingsovereenkomst met SD Projects heeft ontbonden vanwege deze problemen met SD Projects en niet vanwege afspraken die zij daarover met [verweerder] zou hebben gemaakt. SD Projects is thans immers niet voor niets nog verwikkeld in de door haar tegen Jacobs aangespannen arbitragezaak vanwege de ontbonden aannemingsovereenkomst en de als gevolg daarvan door SB Projects geleden en nog te lijden schade, waarvan de uitkomst nog niet vaststaat en waarbij [verweerder] geen partij is. Een en ander leidt tot de conclusie dat de door SD Projects verzochte verklaring voor recht wordt afgewezen.

5.10

Van onrechtmatige werknemersconcurrentie aan de zijde van [verweerder] is in dit geval ook geen sprake. Tussen partijen is geen concurrentiebeding overeengekomen en de arbeidsovereenkomst is voor beide partijen tussentijds opzegbaar waarbij lopende opdrachten niet zijn uitgesloten. Daarnaast staat niet vast dat, zoals hiervoor reeds is overwogen, [verweerder] ervoor heeft gezorgd dat Jacobs de aannemingsovereenkomst met SB Projects heeft ontbonden. Verder kan niet worden gesteld dat sprake is van het stelselmatig en substantieel afbreken van het duurzame debiet van SB Projects. Uit voornoemde concrete omstandigheden volgt dat niet is voldaan aan de in het arrest van de Hoge Raad van

9 december 1955, NJ 1956, 157 (Boogaard/Vesta) neergelegde eisen die aan onrechtmatige werknemersconcurrentie zijn gesteld.

5.11

Nu geen sprake is van onrechtmatig handelen door [verweerder] en/of van werknemersconcurrentie is de in dat kader door SB Projects gevorderde schade niet toewijsbaar.

d) Kosten rechtsbijstand, IT rapportage en rechercherapport

5.12

Zoals hiervoor reeds is overwogen, is geen sprake van overtreding van het geheimhoudingsbeding en onrechtmatig handelen. De door SB Projects verzochte veroordeling van [verweerder] tot betaling van de kosten van rechtsbijstand, de IT rapportage en het rechercherapport zijn dan ook niet toewijsbaar.

e) Proceskosten

5.13

SB Projects wordt als de grotendeels in het ongelijk gestelde partij in de proceskosten veroordeeld. Deze kosten worden tot aan deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] vastgesteld op € 800,- aan salaris voor zijn gemachtigde.

De zelfstandige verzoeken

5.14

De beoordeling van het verzoek van SB Projects heeft voor de zelfstandige verzoeken van [verweerder] de hiernagenoemde gevolgen.

f) Salaris december 2016 en eindafrekening

5.15

SB Projects heeft niet weersproken dat zij het salaris van [verweerder] tot 11 december 2016 en de eindafrekening nog aan [verweerder] is verschuldigd. De in dat kader door [verweerder] verzochte bedragen zijn niet door SB Projects bestreden en worden dan ook toegewezen. Het gaat om het salaris tot 11 december 2016 van € 1.839,48 bruto en de eindafrekening van € 2.304,82 bruto. Het door SB Projects gedane beroep op verrekening van het salaris en de eindafrekening met de toegewezen gefixeerde schadevergoeding van € 3.369,60 bruto is toewijsbaar. Dat betekent dat SB Projects per saldo nog een bedrag van € 774,40 bruto aan salaris en eindafrekening [verweerder] is verschuldigd. De verzochte wettelijke verhoging en wettelijke rente over dat (na verrekening resterende) bedrag worden toegewezen op de wijze zoals hierna vermeld.

g) Verstrekking afschrift specificatie eindafrekening

5.16

SB Projects is gehouden om aan [verweerder] een deugdelijke specificatie van de eindafrekening te verstrekken. Het verzoek van [verweerder] op dit punt is dan ook toewijsbaar.

h) Verklaring voor recht onrechtmatige daad SB Projects

5.17

Door vrijwel direct na zijn ontslagname werkzaamheden voor Jacobs te gaan verrichten, is de houding van SB Projects en het leggen van beslag op de bezittingen van [verweerder] niet geheel onbegrijpelijk. Door zijn handelwijze heeft [verweerder] immers de verdachtmaking op zich geladen dat hij afspraken met Jacobs had gemaakt. Nu er voor SB Projects met het project Astrix veel op het spel stond, is het niet onbegrijpelijk dat zij alles uit de kast heeft gehaald om eventuele financiële schade op [verweerder] te kunnen verhalen. Van onrechtmatig handelen is in de voornoemde omstandigheden echter geen sprake. De in dat kader door [verweerder] verzochte verklaring voor recht wordt dan ook afgewezen.

i) Schade

5.18

De door [verweerder] verzochte schade van in totaal € 25.767,46 wordt afgewezen. Ten aanzien van de kosten rechtsbijstand wordt geen aanleiding gezien om naast de eveneens door [verweerder] verzochte proceskosten apart nog kosten voor rechtsbijstand toe te wijzen en daarbij van de in rechtspraak geldende forfaitaire bedragen af te wijken. De verdere juridische kosten en de immateriële schade berusten op een door [verweerder] gemaakte schatting die niet is onderbouwd, zodat deze schadeposten reeds om die reden niet toewijsbaar zijn.

j) Intrekking aangifte

5.19

Aangezien er geen wettelijke verplichting bestaat tot het doen van aangifte of tot het intrekken daarvan, is de door [verweerder] verzochte veroordeling van SB Projects tot intrekking van de aangifte bij de politie niet toewijsbaar.

k) Opheffing conservatoir beslag woning

5.20

Nu het verzoek van SB Projects grotendeels is afgewezen, is de verzochte veroordeling van SB Projects tot opheffing van het gelegde conservatoir beslag op de woning van [verweerder] toewijsbaar.

l) Dwangsom

5.21

Gelet op het bepaalde in artikel 611a Rv is de door [verweerder] verzochte dwangsom alleen toewijsbaar ten aanzien van de veroordeling tot verstrekking van een afschrift van de specificatie van de eindafrekening en de veroordeling tot opheffing van het conservatoir beslag op de woning van [verweerder]. De dwangsom wordt beperkt tot een maximum van € 50.000,- en zal worden toegewezen op de wijze zoals hierna vermeld.

m) Proceskosten en nakosten

5.22

Nu de verzoeken van [verweerder] grotendeels worden afgewezen, ziet de kantonrechter aanleiding de proceskosten te compenseren, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt.

6 De beslissing

De kantonrechter,

ten aanzien van het verzoek van SB Projects:

veroordeelt SB Projects in de proceskosten, tot aan deze uitspraak aan de zijde van [verweerder] vastgesteld op € 800,- aan salaris voor de gemachtigde;

wijst af het meer of anders verzochte;

ten aanzien van de zelfstandige verzoeken van [verweerder]:

veroordeelt SB Projects om binnen een week na dagtekening van deze beschikking aan [verweerder] te betalen het bedrag van € 774,40 aan salaris over de maand december 2016 en het saldo van de eindafrekening, vermeerderd met de wettelijke verhoging ex artikel 7:625 BW gematigd tot 10 % en berekend op de wijze zoals in dat wetsartikel is beschreven, alsmede vermeerderd met de wettelijke rente ex artikel 6: 119 BW van af 1 januari 2017 tot de dag van de algehele voldoening en over de wettelijke verhoging vanaf de datum van deze beschikking tot de dag van de algehele voldoening;

veroordeelt SB Projects om binnen een week na dagtekening van deze beschikking aan [verweerder] een afschrift van de specificatie van de eindafrekening te verstrekken, zulks op straffe van een dwangsom van € 5.000,- per dag met een maximum van € 50.000,- dat SB Projects daarmee geheel of gedeeltelijk in gebreke mocht blijven;

veroordeelt SB Projects om binnen een week na dagtekening van deze beschikking het op 22 februari 2017 door SB Projects gelegde conservatoir beslag op de woning van [verweerder] op te heffen, zulks op straffe van een dwangsom van € 5.000,- per dag met een maximum van € 50.000,- dat SB Projects daarmee geheel of gedeeltelijk in gebreke mocht blijven;

compenseert de proceskosten, in die zin dat elke partij de eigen kosten draagt;

verklaart deze beschikking uitvoerbaar bij voorraad en wijst af het meer of anders verzochte.

Deze beschikking is gegeven door mr. C.H. Kemp-Randewijk en uitgesproken ter openbare terechtzitting.

879


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde advocaten

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature