Datum uitspraak:
Datum publicatie:
Rechtsgebied:
Zaaknummer:
Soort procedure:
Instantie:
Vindplaats:

Inhoudsindicatie:

BPM. Catalogusprijs.

Uitspraak



RECHTBANK ARNHEM

Sector bestuursrecht, enkelvoudige belastingkamer

registratienummer: AWB 08/2126

uitspraak ingevolge artikel 8:77 van de Algemene wet bestuursrecht (Awb)

van 8 dec[X]8

inzake

[X], gevestigd te [Z], eiser,

tegen

de inspecteur van de Belastingdienst[te P], verweerder.

1. Ontstaan en loop van het geding

Eiser heeft op 5 februari 2008 aangifte belasting van personenauto’s en motorrijwielen (hierna: BPM) gedaan voor het registreren van een kampeerauto naar een netto catalogusprijs van € 23.215 (inclusief € 1.300 aan accessoires). De te betalen BPM is vastgesteld op

€ 10.126.

De betaling op aangifte van de BPM heeft plaatsgevonden op 11 februari 2008.

Eiser heeft bij brief van 18 februari 2008, door verweerder ontvangen op 22 februari 2008, bezwaar gemaakt tegen de op aangifte betaalde BPM.

Verweerder heeft bij uitspraak op bezwaar van 27 maart 2008 de netto catalogusprijs van de kampeerauto verminderd tot een bedrag van € 21.590. De te betalen BPM is verminderd tot een bedrag van € 9.989.

Eiser heeft daartegen bij brief van 28 april 2008, ontvangen bij de rechtbank op 29 april 2008, beroep ingesteld.

Verweerder heeft de op de zaak betrekking hebbende stukken overgelegd en een verweerschrift ingediend.

Het onderzoek ter zitting heeft plaatsgevonden op 13 november 2008 te Arnhem. Eiser is daar vertegenwoordigd door de heer en mevrouw [X], bijgestaan door mr. [A], verbonden aan [B] te [Q] Namens verweerder is verschenen mr. [C].

Partijen hebben ter zitting een pleitnota voorgedragen en exemplaren daarvan overgelegd aan de rechtbank en aan elkaar.

2. Feiten

Eiser heeft op 5 februari 2008 vanuit Duitsland een kampeerauto ingevoerd van het merk Adriatik, type Compact S 590 SP. Deze kampeerauto is afgeleid van een bestelauto en gebouwd op een chassis-cabine van het merk Fiat , type Ducato.

De douane heeft de BPM op het aangiftepunt berekend op basis van gegevens van een gesloten bestelauto van het merk Fiat, type Ducato 33L/3300 kg, type 250 A Adria Mobil, met een 2.3 JTD dieselmotor, vier cilinders, een inhoud van 2287 cc, een vermogen van 96 kW en een wielbasis van 3.450 mm. De netto catalogusprijs van deze bestelauto bedraagt

€ 23.215. Eiser heeft aangifte gedaan naar deze catalogusprijs.

Verweerder heeft de BPM in de uitspraak op bezwaar berekend naar een netto catalogusprijs van € 21.915. Verweerder is daarbij uitgegaan van de prijslijst van Fiat Ducato, in het bijzonder van de 250 5L2 0 33 Bestel MH1 3450 2.3 MJ 88/120 1871 1429 3300.

Volgens eiser moet de BPM op basis van die prijslijst worden berekend naar een netto catalogusprijs van € 20.250, omdat het laadvermogen van de kampeerauto in de Leidraad Belasting van personenauto’s en motorrijwielen 2006 (hierna: de Leidraad).

niet wordt genoemd als vergelijkingscriterium.

3. Geschil

In geschil is of verweerder de juiste netto catalogusprijs heeft gehanteerd voor de berekening van de BPM.

4. Beoordeling van het geschil

Ingevolge artikel 3 Wet BPM zijn kampeerauto ’s aan te merken als personenauto’s en als zodanig onderworpen aan de heffing van BPM.

Ingevolge artikel 9, eerste lid, Wet BPM wordt de belasting berekend op basis van de netto catalogusprijs, waar volgens het derde lid onder wordt verstaan de catalogusprijs verminderd met de daarin begrepen omzetbelasting. Ingevolge het vierde lid wordt onder catalogusprijs verstaan de in Nederland door de fabrikant of importeur aan wederverkopers kenbaar gemaakte prijs welke naar zijn inzicht bij verkoop aan de uiteindelijke afnemer valt te berekenen. In die geadviseerde verkoopprijs is de BPM zelf niet begrepen. Is een zodanige prijs niet bekend, dan wordt hij door vergelijking bepaald.

Paragraaf 6.6.3, onderdeel C, van de Leidraad luidt als volgt:

“Als een gesloten bestelauto wordt gebruikt als basis voor een qua wielbasis van die bestelauto afwijkende kampeerauto, of als een kampeerauto is afgeleid van een ander soort auto (bijvoorbeeld een chassis-cabine) en die voldoet aan de onder B genoemde voorwaarden, wordt de BPM berekend over de catalogusprijs van een zoveel mogelijk met de verkregen kampeerauto vergelijkbare gesloten bestelauto. Daarbij wordt achtereenvolgens rekening gehouden met:

- het merk en type van de gebruikte auto of chassis-cabine,

- het motortype (diesel, benzine, cilinderinhoud, aantal kW,

- de wielbasis van de kampeerauto.

Als de wielbasis van de verkregen kampeerauto afwijkt van de wielbasis van de vergelijkbare bestelauto of chassis-cabine, wordt uitgegaan van de vergelijkbare auto met de in centimeters meest nabij gelegen wielbasis die de feitelijke wielbasis van de kampeerauto niet te boven gaat.”

Vast staat dat de kampeerauto is opgebouwd vanuit een type “gesloten bestelauto” en dat deze voldoet aan de vereisten van paragraaf 6.6.3, onderdeel B, van de Leidraad. Dit dient dan ook als uitgangspunt genomen te worden voor de vaststelling van de cataloguswaarde.

De rechtbank is van oordeel dat verweerder aannemelijk heeft gemaakt dat de gesloten bestelauto van het merk Fiat, type Ducato 33L/3300 kg, type 250 A Adria Mobil, met een 2.3 JTD dieselmotor, vier cilinders, een inhoud van 2287 cc, een vermogen van 96 kW en een wielbasis van 3.450 mm voldoende vergelijkbaar is met de onderhavige kampeerauto. De rechtbank is daarom van oordeel dat verweerder de BPM niet te hoog heeft vastgesteld.

Naar het oordeel van de rechtbank zijn de criteria genoemd in paragraaf 6.6.3, onderdeel C, van de Leidraad niet limitatief. Het uitgangspunt van de Leidraad is immers dat moet worden uitgegaan van een catalogusprijs van een zoveel mogelijk met de verkregen kampeerauto vergelijkbare bestelauto. Niet valt in te zien waarom het laadvermogen van de kampeerauto daarbij niet als vergelijkingscriterium zou mogen gelden. Dat valt, naar het oordeel van de rechtbank, ook niet af te leiden uit de door eiser in zijn pleitnota aangehaalde passage uit de Leidraad, omdat deze passage moet worden gelezen in het licht van de gehele Leidraad. Verweerder heeft derhalve bij het vaststellen van de netto catalogusprijs terecht rekening gehouden met het laadvermogen van de kampeerauto.

Eisers beroep op het vertrouwensbeginsel faalt, omdat hij, tegenover de gemotiveerde betwisting van verweerder, niet aannemelijk heeft gemaakt dat sprake is van prijsafspraken over de BPM tussen Adria Nederland en de douane.

Gelet op hetgeen hiervoor is overwogen dient het beroep ongegrond te worden verklaard.

5. Proceskosten

De rechtbank ziet geen aanleiding voor een proceskostenveroordeling.

6. Beslissing

De rechtbank verklaart het beroep ongegrond.

Deze uitspraak is gedaan op 8 december 2008

en op dezelfde dag in het openbaar uitgesproken door mr. L.B.M. Klein Tank, rechter, in tegenwoordigheid van mr. P.J.G. Tiemessen, griffier.

De griffier, De rechter,

Afschrift aangetekend verzonden aan partijen op:

Rechtsmiddel

Tegen deze uitspraak kunnen partijen binnen zes weken na de verzenddatum hoger beroep instellen bij het gerechtshof te Arnhem (belastingkamer), Postbus 9030, 6800 EM Arnhem.

Bij het instellen van hoger beroep dient het volgende in acht te worden genomen:

1 - bij het beroepschrift wordt een afschrift van deze uitspraak overgelegd;

2 - het beroepschrift moet ondertekend zijn en ten minste het volgende vermelden:

a. de naam en het adres van de indiener;

b. een dagtekening;

c. een omschrijving van de uitspraak waartegen het hoger beroep is ingesteld;

d. de gronden van het hoger beroep.


» Juridisch advies nodig? « advertorial

Heeft u een juridisch probleem of een zaak die u wilt voorleggen aan een gespecialiseerde jurist of advocaat ?

Neemt u dan gerust contact met ons op en laat uw zaak vrijblijvend beoordelen.



naar boven      |      zoeken      |      uitgebreid zoeken

Snel uitspraken zoeken en filteren

> per rechtsgebied > op datum > op instantie

Gerelateerde wetgeving

Recente vacatures

Meer vacatures | Plaats vacature